Het proces van formatief handelen in het mentoraat


In dit blog wil ik laten zien hoe de opmaak van een formatief proces ingezet kan worden om ook in je rol als leerlingbegeleider een positieve impact te hebben op het leerproces van jouw leerlingen.
Ik gebruik in de titel de term mentoraat, maar ik weet dat steeds meer scholen deze term niet meer gebruiken en in plaats daarvan de term coach gebruiken.
Is er dan een verschil tussen dat wat een mentor of een coach doet? Het antwoord is volgens mij zowel ja als nee; het hangt af van de invulling die je als school geeft aan deze begrippen. En op de invulling moet ook de focus liggen, want alleen met een term ben je er natuurlijk niet.
Ik richt mij met dit blog op de inhoud van de rol; meer specifiek hoe het formatieve proces kan helpen om de effectiviteit van het begeleiden en leren van leerlingen te vergroten. Ik gebruik in dit blog de term mentor maar je kan hier dus elke andere term invullen die wordt gebruikt voor het begeleiden van leerlingen en lesgroepen in de school.

Het proces van formatief handelen is datgene wat je in een aantal lessen doet om erachter te komen waar leerlingen staan en hoe ze het beste verder kunnen.
Flemming van de Graaf

Doelen stellen
Om er samen met een leerling achter te komen waar hij staat zijn doelen noodzakelijk; want: waar staat hij ten opzichte van het doel? Waar je bij de schoolvakken gebruik maakt van de leerdoelen van het lesprogramma, zijn bij de begeleiding van leerlingen persoonlijke doelen het uitgangspunt. Wil je weten waar een leerling staat dan zullen die dus eerst geformuleerd moeten worden.

Een veel voorkomende aanpak is dat de mentor aan zijn leerling vraagt om deze doelen te benoemen. Dat kan in een gesprek gebeuren of tijdens een studie-uur, waarin leerlingen de opdracht krijgen om op te schrijven waar zij de komende periode aan willen gaan werken. Ga er niet aan voorbij dat dit een hele moeilijke opdracht is voor leerlingen; het stellen van goede doelen is een executieve vaardigheid en als die nog niet voldoende ontwikkeld is dan zal een leerling het niet voor elkaar krijgen om een goed doel [1] te formuleren.

Wat ook voorkomt is dat de ouders en de mentor in een gesprek, bijvoorbeeld een rapportgesprek of een 10-minuten gesprek, de doelen gaan formuleren. Ook deze aanpak is sterk af te raden omdat een leerling veel minder of zelfs niet gemotiveerd is om te werken aan doelen die niet van hemzelf zijn.

“Ik denk dat Kees makkelijk van deze 7 een 8 kan maken.”

Begin daarom als mentor met het inzetten van begeleiding gericht op het formuleren van eigen doelen en, net zoals bij een formatief proces in de les, start met een activiteit die informatie genereert.
Ik maak hiervoor zelf graag gebruik van een Magister Analyse formulier. Leerlingen die dit formulier gebruiken starten namelijk met het verzamelen en interpreteren van informatie die zij, in het geval van mijn school, kunnen ophalen uit Magister.

Dit formulier print ik dubbelzijdig uit (het heeft nog een achterkant), op A3-formaat, en laat ik vervolgens door de leerlingen invullen. Het formulier vormt later de onderlegger voor het driehoeksgesprek.
De leerling, zijn ouders en ik praten dan samen over de linkerkant van het formulier (Bekijken en beoordelen wij bijvoorbeeld de informatie op dezelfde manier of juist verschillend?) en wij praten samen over de rechterkant; wat maakt de keuze om wel of niet te kiezen voor actie?
Vervolgens kijken wij dan samen of het is gelukt om te komen tot een goed beschreven doel (Is het bijvoorbeeld een realistisch doel?) en maken we het doel concreet. (Feed-up) Wij spreken over welke acties nodig zijn om dit doel te bereiken (Feed-forward) en hoe wij weten wanneer het doel is bereikt. (Succescriteria) Als laatste spreken wij dan nog af op welke momenten en manieren we de voortgang gaan monitoren en feedback organiseren.

Het proces wat ik hierboven beschrijf lijkt op veel punten op het proces van formatief handelen dat je in de les inzet: het inzetten van didactische werkvormen om informatie te verkrijgen, doelgericht en cyclisch werken en regelmatig met de leerlingen checken waar zij staan ten opzichte van de gestelde doelen.
Het laat mij zien dat je formatief handelen in je school niet moet zien als een ontwikkeling die op zichzelf staat, maar als de manier waarop je in je school het leren van de leerlingen benadert. [2] Ben je als school bezig met het ontwikkelen van formatief handelen dan is het dus aan te raden om ook de wijze waarop de mentoren (of coaches) de leerlingen begeleiden mee te nemen in deze ontwikkeling. ‘Door bij leerlingen en studenten het besef te versterken dat zij primair de verantwoordelijkheid moeten (leren) nemen voor het leerproces ondersteun je de ontwikkeling van zelfregulatiestrategieën en investeer je in eigenaarschap’. [Bron: Toetsrevolutie]

Zelfregulatie is een belangrijk doel van formatief handelen, aangezien het formatief handelen niet alleen is gericht op zelfstandige beheersing van inhoudelijke doelen, maar – wellicht belangrijker nog – vooral ook op het helpen van de leerling en student in het zelfstandig leren werken aan nog te ontwikkelen kennis en vaardigheden.
[Bron: Toetsrevolutie]

P.s. Wil jij het Magister Analyse formulier graag hebben dan stuur mij even een berichtje via LinkedIn of Twitter. Ik werk nog aan een mogelijkheid om hem te downloaden.

Voetnoten:
[1] Goede doelen stellen is niet eenvoudig, zo dient een doel bijvoorbeeld duidelijk, eenduidig, positief en specifiek geformuleerd te zijn. Het is ook belangrijk dat een doel realistisch en daardoor haalbaar is.
[2] Het is ook aan te raden om het leren van leerkrachten formatief in te richten; zowel de inductie van startende leerkrachten als de professionalisering van het team.

Geraadpleegde bronnen:
Ontwerpen voor zelfregulatie – Toetsrevolutie
Ons model voor formatief handelen – Toetsrevolutie
Eigenaarschap bij leerlingen en de rol van executieve functies