In het traditioneel voortgezet onderwijs is het nog veelal de norm om leerstof te behandelen. En dit gaat al heel lang zo. Wij behandelen de stof die geleerd moet worden, meer dan dat wij ons richten op het leren ervan. Tot deze conclusie kwam ik onlangs, na een hulpvraag van een collega die bij mij het traject formatief handelen volgt.

‘Kom op jongens en meiden, dit moeten jullie weten!
Dit hebben we vorige week nog uitvoerig behandeld. ’
We komen tijd tekort als we het goed willen doen.
De collega met de hulpvraag liet mij weten dat zij, nu ze steeds meer formatieve handelingen verwerkt in haar lessen, steeds vaker in de knoei komt met haar lesprogramma; ‘Ik kom tijd tekort en dat frustreert mij enorm.’
In het onderwijs zijn methodes erg belangrijk. Ze zijn onze programmaboekjes, onze richtingaanwijzers en onze reisgidsen; onze les- en toetsprogramma’s zijn erop afgestemd en we hebben met behulp van de opbouw van de methode een structuur gecreëerd waardoor we in een schooljaar precies alles gedaan krijgen wat we moeten doen. Een kink in de kabel tijd zorgt dan ook onmiddellijk voor stress want ‘help, hoe krijgen we dan het programma af!’
Als ik vraag naar de leerdoelen van een schooljaar dan wordt er driftig in de methode gebladerd en worden er pagina’s met begrippenlijsten bij gepakt en allerlei gekleurde kaders in de hoofdstukken aangewezen.
Dat mijn collega ervaart dat ze tijd tekort komt is niet zo vreemd: door te leren over leren –wat zij doet in het traject formatief handelen– verandert haar beeld van leren.
Leerdoelgericht werken en het belang van leerlingen laten inzien waar ze staan ten opzichte van de leerstof en waar ze naar toe werken, geven je als leraar een hele andere kijk op leren. Je merkt dat de richting die je op wil gaan steeds minder overeenkomt met de richting van het zorgvuldig georkestreerde les- en toetsprogramma.
Het betekent dat je als docent terug naar de tekentafel moet: inventariseren wat nodig is en gummen wat overbodig is. Je zal ruimte moeten creëren als je wilt investeren in dieper leren.
Het nieuwste boek van Toetsrevolutie –Van Instrument naar Ontwerp– is dan een absolute aanrader als begeleider in dit proces. Achteraan beginnen (in het proces, niet in het boek) is de gouden tip!

Alles willen behandelen is niet helpend.
Stijgen we wat verder op en werpen we een blik op het onderwijs in Nederland dan ontkomen we niet aan de term achterstand. Eerst werd Covid aangewezen als grote veroorzaker van achterstanden maar die plek wordt, nu de media zich gretig stort op deze nieuwe bak met voer, steeds vaker ingenomen door het lerarentekort.
“Ik haal echt lagere cijfers”, vertelt Fienne uit 4 havo. “Voor wiskunde hebben we een halfjaar geen docent gehad. Die achterstand moeten we nu inhalen en dat is heel zwaar. Eerst haalde ik zessen, dit jaar startte ik met een drie. …”
Als ik je vraag welke achterstand Fienne moet inhalen dan denk ik dat je, na het lezen van het eerste deel van mijn stuk, zelf al kan invullen dat zij meer dan waarschijnlijk een achterstand op het programma moet inhalen. Met grote, haastige stappen en tassen vol huiswerk wordt alsnog gepoogd om leerlingen zoals Fienne alles te laten behandelen van het programma, zodat de toetsen in het toetsprogramma alsnog afgenomen kunnen worden.
Dat het, zoals de kop boven dit artikel ook schetst, leerlingen raakt is een understatement.
Het inzicht dat we in Nederland nog te veel inzetten op het behandelen van stof, in plaats van dat wij ons focussen op leren, staat open voor discussie. Ik ben er echter van overtuigd dat wij uitdagingen, zoals het motiveren van onze leerlingen, kunnen tackelen als wij ons denken en handelen richten op het leren van kennis en vaardigheden in plaats van op behandelen ervan.
Een interessante aanvulling:
“Traditioneel onderwijs is gericht op lesgeven, niet op leren. Men gaat er ten onrechte van uit dat voor elk deel dat door een leraar wordt onderwezen, er eenzelfde deel wordt geleerd door diegene die wordt onderwezen. Echter, het meeste van wat we leren voor, tijdens en na school, wordt geleerd zonder dat het ons wordt geleerd … “
Russell L. Ackoff and Daniel Greenberg
Uit: Turning Learning Right Side Up: Putting Education Back on the Right Track
Het punt dat de schrijver van het artikel, waar ik deze uitspraak van Ackoff en Greenberg tegenkwam, wil maken is dat we als leerkrachten meer aandacht moeten geven aan het leren van de leerling dan aan ons lesgeven.
‘Learners can learn without teachers, but teachers can’t teach without learners.’
Dit artikel, en ook nog een ander artikel wat ik heb gelezen (Why and How Should we Focus on Learning Instead of Teaching?), gaan een post-truth kant op die niet thuishoort in dit stuk over behandelen versus leren, maar ik haal er wel iets uit wat ik wil plaatsen in het licht van de hulpvraag van mijn collega.
Er kan namelijk een valkuil zitten in nascholing en training en in frequent reflecteren op eigen handelen; want als je heel fanatiek inzet op het verbeteren van je eigen lessen en lesgeven dan bestaat de kans dat je het belangrijkste uit het oog verliest: het leren van de leerling.
Houd daarom altijd potlood en gum bij de hand en schrap een activiteit als het geen leren van je leerlingen oplevert, ook als het een onderdeel is van een nieuwe richting die je bent ingeslagen.
