De obstakels die het leren van leraren en teams in de weg staan.
Iedereen die zich in het onderwijs bezighoudt met kwaliteitsverbetering, van individueel niveau (Als leraar in je klas of in een functie waarin je leiding geeft aan een ontwikkeling) tot collectief niveau (In een team) dient zich bewust te zijn van de obstakels die het leren, en daardoor het proces van verbeteren, in de weg staan.
De cognitieve psychologie wijst diverse obstakels aan, en die komen dadelijk nog aan bod, maar samengevat zijn deze hindernissen terug te leiden tot het eenvoudige feit dat de mens er alles aan doet om het denken zoveel mogelijk uit de weg te gaan. Instinctief zullen wij altijd zo snel mogelijk overgaan tot handelen.
“In education, it’s often more about activity than it is about learning.”
‘In het onderwijs is men vaker bezig met organiseren, dan met leren’
Als we kennis hebben van deze obstakels dan kunnen we ze herkennen, omzeilen en zo het leren en ontwikkelen verbeteren. Houd jij je bezig met kwaliteitsverbetering in- en buiten je school dan is het goed als je de volgende obstakels kent.
hier staat tekst in het wit
Obstakel 1: The vividness bias
The vividness bias stelt dat wij de neiging hebben om een grotere waarde toe te kennen aan datgene wat wij als meer belangrijk zijn gaan ervaren.
Een voorbeeld van de vividness bias is het feit dat gemiddeld meer mensen angst ervaren als zij in een vliegtuig stappen dan wanneer zij in een auto stappen terwijl, statistisch gezien, de kans op een ongeluk in een auto vele malen groter is dan in een vliegtuig. Die angst ontstaat omdat, in tegenstelling tot auto-ongelukken, vliegtuigongelukken veel groter en breder worden uitgemeten in de media en daardoor veel levendiger verankerd zitten in ons geheugen.
In onderwijsontwikkelingen vormt de vividness bias een obstakel; want het betekent dat wij, vaak zonder dat wij ons hier bewust van zijn, een grotere waarde toekennen aan interventies om de eenvoudige reden dat bepaalde onderdelen van deze interventies zich op de voorgrond in ons geheugen bevinden. Hierdoor maken wij nog te vaak bepaalde keuzes zonder dat wij onderzoek doen om een kloppend en zo volledig mogelijk te krijgen. We kiezen voor bepaalde activiteiten, maar we leren er niet over.
hier staat tekst in het wit
Obstakel 2: De herkenning heuristiek
In het verlengde van de vividness bias vinden we de herkenning heuristiek: onbewust verkiezen we niet alleen wat wij als belangrijk hebben opgeslagen maar ook wat wij al kennen of onmiddellijk herkennen boven dat wat wij niet kennen of direct herkennen.
Annemarie Neeleman heeft in 2019 onderzoek gedaan naar de keuzes die schoolleiders maken met betrekking tot ontwikkelingen in de school. Het blijkt dat een groot deel van de schoolleiders hun keuzes voor interventies baseren op intuïtie en persoonlijke voorkeuren en dat zij nauwelijks onderzoek doen naar wat bewezen werkt en niet werkt. Ondanks dat Neeleman niet specifiek onderzoek heeft gedaan naar de vividness bias en herkenning heuristiek reist het vermoeden dat deze obstakels mogelijk bijdragen aan het uitblijven van onderzoek en een onderzoekende houding onder schoolleiders.
De vraag: ‘Heb ik bewijs dat wat ik kies en doe ook werkt en weet ik met grote zekerheid dat het mij dichter bij de gestelde doelen zal brengen?‘ moet dan ook telkens gesteld worden door iedereen die zich bezighoudt met het verbeteren van de kwaliteit van het onderwijs.
hier staat tekst in het wit
Obstakel 3: The imposter syndrome, Groepsdenken als het 4e obstakel en Obstakel 5: The confirmation bias
Een ander obstakel dat ons denken, en daarmee ons leren en een lerende houding in de weg staat, is het zogeheten imposter syndrome; dit is de gedachte dat men niet deskundig of vaardig genoeg is.
Het zit niet in de mens om zijn zwakke kant te tonen. In de natuur zou ons dat direct onze plek in de groep of zelfs onze kop kosten. Dat geldt ook zo in het onderwijs: ik heb al eens eerder geschreven dat wij onbewust en onbedoeld in scholen communiceren dat voor de klas staan ook automatisch betekent dat je een professional bent. Het is terecht dat wij ons prachtige beroep voorzien van deze status maar er kleeft ook een risico aan. Want als aangewezen professional zal je veel minder snel toegeven dat je van een bepaald onderwerp of thema minder of zelfs niets afweet.

Vaak zie je dat mensen die van een bepaald onderwerp weinig of niets afweten een voorgestelde richting of een idee onderwaarderen of zelfs afkraken of zich juist groter gaan voordoen dan zij zich werkelijk voelen bij het voorgestelde idee. In beide gevallen werkt het geen lerende houding in de hand.

Obstakel 4: Groepsdenken
Een team in een school kan, als zij werken aan een beoogde- of opgedragen ontwikkeling, het idee hebben dat zij goed op weg zijn, zonder voldoende kennis te hebben van de ontwikkeling. Dit kan gebeuren als één of een paar docenten in het betreffende team zich opstellen als ‘experts’ die ‘kennis’ van de ontwikkeling mee het team in nemen. Ik gebruik hier bewust aanhalingstekens omdat de valkuil zit in het feit dat deze docenten niet de juiste- of alle kennis bezitten omtrent de ontwikkeling (Imposter Syndrome) maar wel in die mate sterk en geloofwaardig zijn dat de rest van het team meegaat in wat zij zeggen en vinden.
Zeker in een groep bestaat het risico dat iedereen zich conformeert rond een idee of richting waar de meesten het over eens zijn. Ook dan wordt het denken uit de weg gegaan: niet iedereen in een team hoeft zelf iets uit te zoeken of te leren over een gegeven opdracht of beoogde ontwikkeling als er zich in het team een paar individuen bevinden die sterk overtuigend zijn. Anderen hoeven dan slechts te volgen. We noemen dit 4e obstakel groepsdenken.

Beide obstakels vragen om het doorbreken van onbewuste patronen.
Zo is het altijd verstandig om teams zo in te richten dat zij bestaan uit personen met verschillende ideeën en opvattingen. En het is ook aan te raden om bewust activiteiten te organiseren waar iedereen in het team gedwongen wordt om zich te verdiepen in de beoogde ontwikkeling.
hier staat tekst in het wit
Obstakel 5: the confirmation bias
Wanneer mensen een bepaalde hypothese of frame hebben dan zullen zij, vaak onbewust, bewijs zoeken- en bepaalde zaken meer aandacht geven die deze veronderstelling bevestigen. Dit zullen zij eerder doen dan dingen zoeken of zaken aandacht geven die deze veronderstelling ontkrachten.
Wij hebben als mensen allemaal de neiging om ons te omgeven met zaken die bevestigen wat wij denken, geloven en weten en we zullen ook vaak net wat harder werken om bewijs wat het tegendeel bewijst te omzeilen.
Het heeft te maken met de behoefte aan zekerheid en grip op de realiteit, iets wat wij allemaal in een bepaalde mate nodig hebben.
Het nadeel is alleen dat het ons kan wegsturen van een lerende houding en dat is weer nadelig voor elk individu, elk team en elke school die zich het verbeteren van de kwaliteit van het onderwijs als doel heeft gesteld.
Deze obstakels die ons brein voor ons opwerpt zijn lastig te omzeilen, zelfs als we ze kennen.
‘Despite the fact that everyone does this, most people believe that they are the exception.’ aldus Steven Katz en Lisa Ain Dack.
Dit is het zesde obstakel.
Voor iedereen die zich bezig houdt met leren over- en werken aan onderwijsontwikkeling vormen deze obstakels hindernissen die het leren- en ontwikkelen vertragen. Omdat we er ons niet van bewust zijn is het belangrijk om opzettelijk en met kennis van deze obstakels de structuren en condities te creëren in het team of de school te creëren waarin er samen wordt gewerkt en geleerd.
Meer lezen over dit onderwerp?
